Zoekopties
Home Media Explainers Onderzoek & publicaties Statistieken Monetair beleid De euro Betalingsverkeer & markten Werken bij de ECB
Suggesties
Sorteren op

Inleidende Verklaring

Mario Draghi, President van de ECB,
Vítor Constâncio, Vice-President van de ECB,
Frankfurt am Main, 8 december 2016

Dames en heren, de Vice-President en ik heten u van harte welkom bij onze persconferentie. We zullen nu verslag doen van de uitkomsten van de vergadering van de Raad van Bestuur van vandaag, die tevens werd bijgewoond door de Vice-Voorzitter van de Commissie, de heer Dombrovskis.

Op basis van onze reguliere economische en monetaire analyses hebben wij vandaag een veelomvattende beoordeling van de vooruitzichten voor de economie en de inflatie uitgevoerd, en van onze monetairbeleidskoers. Als uitkomst daarvan heeft de Raad van Bestuur, om zijn prijsstabiliteitsdoelstelling te verwezenlijken, de volgende beslissingen genomen:

Wat betreft de bijzondere monetairbeleidsmaatregelen: wij zullen doorgaan met het doen van aankopen in het kader van het programma voor de aankoop van activa (APP) tegen het huidige maandelijkse bedrag van €80 miljard tot eind maart 2017. Vanaf april 2017 is het de bedoeling dat onze netto aankopen van activa doorlopen tegen een maandelijks bedrag van €60 miljard tot eind december 2017 of zo nodig langer, en in ieder geval totdat de Raad van Bestuur bewijs ziet van een aanhoudende verandering in het beloop van de inflatie in overeenstemming met zijn inflatiedoelstelling. Indien in de tussentijd de vooruitzichten minder gunstig worden of de financiële omstandigheden inconsistent worden met verdere vooruitgang naar een aanhoudende verandering in het beloop van de inflatie, dan is de Raad van Bestuur voornemens het programma wat betreft omvang en/of duur te verhogen. De netto aankopen zullen plaatsvinden naast de herinvesteringen van de hoofdsommen van vervallen waardepapieren die in het kader van het APP zijn aangekocht

Teneinde de aanhoudende soepele tenuitvoerlegging van de activa-aankopen van het Eurosysteem te waarborgen, heeft de Raad van Bestuur besloten de parameters van het APP per januari 2017 te veranderen, en wel als volgt. Ten eerste zal het looptijdenspectrum van het programma voor de aankoop van door de publieke sector uitgegeven waardepapieren worden verbreed door de resterende minimumlooptijd voor beleenbare waardepapieren te verminderen van twee jaar naar één jaar. Ten tweede zullen aankopen van waardepapieren in het kader van het APP met een rendement t.o.v. looptijd onder het rentetarief op de depositofaciliteit van de ECB tot de noodzakelijke mate worden toegestaan.

De basisrentetarieven van de ECB werden onveranderd gelaten en wij blijven verwachten dat deze voor een langdurige periode en ruim voorbij de periode van onze netto-aankopen van activa, op de huidige of lagere niveaus zullen blijven. 

De verlenging van het programma voor de aankoop van activa van vandaag is zo gekalibreerd dat de zeer aanzienlijke mate van monetaire accommodatie die noodzakelijk is om een duurzame convergentie van de inflatie naar een niveau onder maar dicht bij 2% op de middellange termijn zeker te stellen, in stand wordt gehouden. Samen met het aanzienlijke volume van in het verleden gedane aankopen en komende herinvesteringen, zorgt dit ervoor dat de financiële condities in het eurogebied zeer gunstig zullen blijven, hetgeen van cruciaal belang blijft om onze doelstelling te verwezenlijken. Met name de verlenging van onze aankopen over een langere periode maakt een duurzamer marktaanwezigheid mogelijk en daardoor een langduriger transmissie van onze stimuleringsmaatregelen. Deze kalibratie weerspiegelt het gematigde maar sterker wordende herstel van de economie van het eurogebied en de nog steeds zwakke onderliggende inflatoire druk. De Raad van Bestuur zal het beloop van de vooruitzichten voor de prijsstabiliteit nauwlettend volgen en, indien nodig voor de verwezenlijking van zijn doelstelling, optreden door gebruik te maken van alle binnen zijn mandaat ter beschikking staande instrumenten.

Laat ik nu gedetailleerder ingaan op onze beoordeling, te beginnen met de economische analyse. Het reële bbp van het eurogebied steeg in het derde kwartaal van 2016 kwartaal-op-kwartaal met 0,3%, na een vergelijkbare groei in het tweede kwartaal. De binnenkomende gegevens, met name uitkomsten van enquêtes, wijzen op een voortzetting van de groeitrend in het vierde kwartaal van 2016. Wat verder vooruitblikkend, verwachten wij dat de economische expansie zich in een gematigd maar steviger wordend tempo zal voortzetten. De doorwerking van onze monetairbeleidsmaatregelen op de reële economie ondersteunt de binnenlandse vraag en heeft de schuldafbouw vergemakkelijkt. Verbeteringen in de winstgevendheid van bedrijven en zeer gunstige financieringscondities blijven een herstel van de investeringen stimuleren. Bovendien geeft de aanhoudende werkgelegenheidsgroei, die tevens profiteert van in het verleden doorgevoerde structurele hervormingen, steun aan het reëel besteedbaar inkomen van huishoudens en de particuliere consumptie. Tegelijkertijd zijn er aanwijzingen van een iets sterker mondiaal herstel. De economische groei in het eurogebied zal echter naar verwachting worden getemperd door het trage tempo van de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen en resterende balansaanpassingen in een aantal sectoren.

Deze beoordeling wordt in grote lijnen weerspiegeld in de door medewerkers van het Eurosysteem opgestelde macro-economische projecties voor het eurogebied van december 2016, waarin wordt voorzien dat het reële bbp op jaarbasis in 2016 en 2017 zal stijgen met 1,7%, en met 1,6% in 2018 en 2019. Vergeleken met de door medewerkers van de ECB samengestelde macro-economische projecties van september 2016, zijn de vooruitzichten voor de reële bbp-groei globaal genomen onveranderd. De risico's rond de groeivooruitzichten van het eurogebied blijven voornamelijk van neerwaartse aard.

Volgens de flash raming van Eurostat bedroeg de HICP-inflatie van het eurogebied op jaarbasis in november 2016 0,6%, verder gestegen ten opzichte van 0,5% in oktober en 0,4% in september. Dit was grotendeels het gevolg van een stijging van de energie-inflatie op jaarbasis, terwijl er nog geen tekenen zijn van een overtuigende opwaartse tendens in de onderliggende inflatie. Wat de nabije toekomst betreft zal, op basis van de huidige prijzen van oliefutures, de totale inflatie rond de jaarwisseling aanzienlijk verder aantrekken, voornamelijk ten gevolge van basiseffecten bij het groeicijfer op jaarbasis van de energieprijzen. Ondersteund door onze monetairbeleidsmaatregelen zouden het verwachte economisch herstel en de daarmee samenhangende geleidelijke afname van de economische slapte de inflatie in 2018 en 2019 verder moeten toenemen.

Dit patroon komt ook naar voren in de door medewerkers van het Eurosysteem samengestelde macro-economische projecties voor het eurogebied van december 2016, die een HICP-inflatie op jaarbasis voorzien van 0,2% in 2016, 1,3% in 2017, 1,5% in 2018 en 1,7% in 2019. Vergeleken met de door medewerkers van de ECB in september 2016 samengestelde macro-economische projecties, zijn de vooruitzichten voor de totale HICP-inflatie globaal genomen onveranderd.

Wat de monetaire analyse betreft: de groei van het ruime monetaire aggregaat (M3) is in oktober 2016 gematigd, waarbij de twaalfmaands groei ervan daalde naar 4,4%, na 5,1% in september. Net als in voorgaande maanden werd de groei van M3 op jaarbasis voornamelijk ondersteund door de meest liquide componenten, waarbij de groei op jaarbasis van het eng gedefinieerde monetaire aggregaat M1 in oktober uitkwam op 7,9%, vergeleken met 8,4% in september.

De kredietverstrekkingsdynamiek is zich geleidelijk blijven herstellen, een ontwikkeling die al te zien is sinds begin 2014. Het groeitempo op jaarbasis van leningen aan niet-financiële vennootschappen steeg in oktober 2016 naar 2,1%, vergeleken met 2,0% in de voorafgaande maand. Het twaalfmaands groeitempo van leningen aan huishoudens bleef 1,8%. Hoewel de ontwikkelingen in bancair krediet een weerspiegeling blijven van het achterblijven bij de conjunctuur, van kredietrisico’s en de voortgaande balansaanpassingen in de financiële en niet-financiële sector, ondersteunen de sinds juni 2014 genomen monetairbeleidsmaatregelen in aanzienlijke mate de kredietnemingsvoorwaarden voor bedrijven en huishoudens en daardoor de kredietstromen in het gehele eurogebied.

Kortom: een toetsing van de uitkomsten van de economische analyse aan die van de monetaire analyse bevestigde dat de monetairbeleidsbeslissingen van vandaag moesten worden genomen om het zeer substantiële bedrag aan monetaire ondersteuning dat nodig is om zonder onnodige vertraging een terugkeer van de inflatie naar een niveau onder maar dicht bij 2% zeker te stellen, in stand te houden.

Het monetair beleid is gericht op het handhaven van de prijsstabiliteit op de middellange termijn, en de accommoderende koers ervan ondersteunt de economische bedrijvigheid. Zoals vele malen benadrukt door de Raad van Bestuur, moet, om ten volle de vruchten van onze monetairbeleidsmaatregelen te kunnen plukken, ook op andere beleidsterreinen een veel vastbeslotener bijdrage worden geleverd, zowel op nationaal als Europees niveau. De tenuitvoerlegging van met name structurele hervormingen dient aanzienlijk te worden opgevoerd om de structurele werkloosheid te verminderen en de potentiële productiegroei in het eurogebied te stimuleren. Structurele hervormingen zijn noodzakelijk in alle landen van het eurogebied. De voornaamste aandacht dient uit te gaan naar maatregelen om de productiviteit te verhogen en het ondernemingsklimaat te verbeteren (waaronder het zorgen voor een toereikende openbare infrastructuur), welke maatregelen van cruciaal belang zijn om de investeringen te doen toenemen en het scheppen van banen te bevorderen. De versterking van huidige investeringsinitiatieven, vooruitgang met de kapitaalmarktunie en hervormingen die de afwikkeling van niet-renderende leningen zullen verbeteren, zullen eveneens positief bijdragen aan deze doelstelling. In een klimaat van accommoderend monetair beleid zal de snelle en effectieve tenuitvoerlegging van structurele hervormingen ook het eurogebied beter bestand maken tegen mondiale schokken. Ook het begrotingsbeleid dient het economisch herstel te ondersteunen, maar zich daarbij te houden aan de begrotingsregels van de Europese Unie. De volledige en consistente tenuitvoerlegging van het Stabiliteits- en Groeipact in de loop der tijd en in de verschillende landen blijft van cruciaal belang om het vertrouwen in het begrotingskader te waarborgen. Tegelijkertijd is het van essentieel belang dat alle landen hun inspanningen om een groeivriendelijker samenstelling van hun begrotingsbeleid te verwezenlijken, intensiveren.

Wij staan nu tot uw beschikking voor vragen.

Voor de exacte bewoordingen van de door de Raad van Bestuur overeengekomen tekst wordt verwezen naar de Engelstalige versie.

CONTACT

Europese Centrale Bank

Directoraat-generaal Communicatie

Reproductie is alleen toegestaan met bronvermelding.

Contactpersonen voor de media