EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32001D0011

2001/912/EG: Besluit van de Europese Centrale Bank van 8 november 2001 betreffende bepaalde voorwaarden met betrekking tot toegang tot het Volgsysteem voor Valsemunterij (VSV) (ECB/2001/11)

OJ L 337, 20.12.2001, p. 49–51 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)
Special edition in Czech: Chapter 10 Volume 003 P. 51 - 53
Special edition in Estonian: Chapter 10 Volume 003 P. 51 - 53
Special edition in Latvian: Chapter 10 Volume 003 P. 51 - 53
Special edition in Lithuanian: Chapter 10 Volume 003 P. 51 - 53
Special edition in Hungarian Chapter 10 Volume 003 P. 51 - 53
Special edition in Maltese: Chapter 10 Volume 003 P. 51 - 53
Special edition in Polish: Chapter 10 Volume 003 P. 51 - 53
Special edition in Slovak: Chapter 10 Volume 003 P. 51 - 53
Special edition in Slovene: Chapter 10 Volume 003 P. 51 - 53
Special edition in Bulgarian: Chapter 10 Volume 005 P. 78 - 80
Special edition in Romanian: Chapter 10 Volume 005 P. 78 - 80
Special edition in Croatian: Chapter 10 Volume 007 P. 4 - 6

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2001/912/oj

32001D0912

2001/912/EG: Besluit van de Europese Centrale Bank van 8 november 2001 betreffende bepaalde voorwaarden met betrekking tot toegang tot het Volgsysteem voor Valsemunterij (VSV) (ECB/2001/11)

Publicatieblad Nr. L 337 van 20/12/2001 blz. 0049 - 0051


Besluit van de Europese Centrale Bank

van 8 november 2001

betreffende bepaalde voorwaarden met betrekking tot toegang tot het Volgsysteem voor Valsemunterij (VSV)

(ECB/2001/11)

(2001/912/EG)

DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 106, lid 1,

Gelet op de Statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank, en inzonderheid op artikel 16,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Verordening (EG) nr. 1338/2001 van de Raad van 28 juni 2001 tot vaststelling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij(1) stelt bepaalde maatregelen vast in verband met het verzamelen en opslaan van gegevens betreffende vervalste bankbiljetten en munten en in verband met toegang tot deze gegevens.

(2) De strijd tegen valsemunterij kan niet alleen gevoerd worden op het niveau van het eurogebied; daarom heeft de Raad van de Europese Unie maatregelen genomen met betrekking tot de euro op grond van Titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie (d.w.z. de derde pijler); tevens breidt Verordening (EG) nr. 1339/2001 van de Raad de werking van Verordening (EG) nr. 1338/2001 uit tot de lidstaten die de euro niet als munteenheid hebben aangenomen(2).

(3) De reeds bestaande processen en systemen voor de analyse van vervalsingen en voor het verzamelen van informatie met betrekking tot namaak dienen verder te worden uitgebouwd; de ECB heeft het analysecentrum voor nagemaakte bankbiljetten en de databank voor nagemaakte bankbiljetten opgezet; het is wenselijk deze laatste databank te reorganiseren en er de nieuwe naam het "Volgsysteem voor Valsemunterij" (VSV) aan te geven, alsook de eigenschappen ervan te bepalen.

(4) Met inachtneming van Verordening (EG) nr. 1338/2001 en Verordening (EG) nr. 1339/2001, stelt de ECB de voorwaarden vast die zorgen voor de geëigende procedures voor toegang tot de relevante gegevens van het VSV. Hiertoe dienen alle nationale centrale banken (NCB's) van het Europees Stelsel van Centrale Banken binnen iedere NCB hun respectieve nationaal centrum voor valsemunterij op te richten en de functie van beveiligingsadministrateur van dit centrum in te stellen. Daarnaast komt de ECB, eveneens met inachtneming van Verordening (EG) nr. 1338/2001, de noodzakelijke regelingen en overeenkomsten overeen met de Commissie en met Europol om deze op een adequate manier toegang te verlenen tot de gegevens van het VSV, alsook met het Europees technisch en wetenschappelijk centrum. De toegangsregeling dient te voldoen aan de betreffende minimale veiligheidsnormen. Dit is van wezenlijk belang vanwege het vertrouwelijke karakter van de gegevens van het VSV. Het vertrouwelijke karakter van de gegevens betekent dat de informatie die elke gebruiker van het VSV verkrijgt, uitsluitend gebruikt wordt om zich te kwijten van zijn verantwoordelijkheden in de strijd tegen namaak van de euro. Het beperken van de toegang tot de gegevens van het VSV draagt ertoe bij de vertrouwelijkheid te waarborgen.

(5) Een procedurehandboek en de minimale veiligheidsnormen in verband met het VSV worden goedgekeurd door de Raad van bestuur van de ECB. Ze zullen niet worden gepubliceerd vanwege het vertrouwelijke karakter van de in het VSV op te nemen en toegankelijk te maken gegevens en vanwege het belang om voor het gebruik van het VSV een vertrouwelijke omgeving te handhaven.

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Definities

In dit besluit zijn de definities uit Verordening (EG) nr. 1338/2001 van toepassing.

Artikel 2

Volgsysteem voor Valsemunterij

1. De databank voor nagemaakte bankbiljetten heet voortaan het Volgsysteem voor Valsemunterij (VSV). Alle verwijzingen naar de databank in eventuele eerdere juridische documenten worden nu geacht verwijzingen naar het VSV te zijn.

2. Het VSV bestaat uit een centrale database die alle technische en statistische informatie over valsemunterij bevat, zowel wat betreft eurobankbiljetten als -munten, ongeacht of deze informatie afkomstig is uit lidstaten of uit derde landen. Het VSV heeft onder meer de beschikking over toepassingen voor doorbladeren en bewerken, over faciliteiten voor het downloaden en uploaden van gegevens en over netwerken die de verschillende gebruikers van het VSV met het VSV verbinden.

3. De organisatie en het beheer van het VSV vallen onder de bevoegdheid van de directie van de ECB, die hierbij rekening houdt met de mening van het Comité bankbiljetten.

Artikel 3

Toegang tot de gegevens van het Volgsysteem voor Valsemunterij

1. Buiten de toegang van de NCB's tot het VSV, wordt overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1338/2001 aan de andere bevoegde nationale autoriteiten toegang verleend tot de relevante gegevens van het VSV, waaronder mede begrepen de nationale analysecentra en, inzake gegevens betreffende munten, de nationale analysecentra voor munten. De voorwaarden vastgelegd in de artikelen 5 tot en met 9 van dit besluit zijn hierop van toepassing.

2. Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1338/2001, wordt aan de Europese Commissie, het Europees technisch en wetenschappelijk centrum en Europol toegang verleend tot de relevante gegevens van het VSV. De procedures voor deze toegang worden nader gespecificeerd in bilaterale regelingen en overeenkomsten met de ECB, al naargelang van toepassing.

3. Afhankelijk van eventuele overeenkomsten betreffende monetaire betrekkingen tussen de Gemeenschap en derden, kan de ECB aan de daartoe aangewezen autoriteiten of centra van deze derden toegang verlenen tot de relevante gegevens van het VSV.

4. Naast lid 3 hierboven en op basis van artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1338/2001, kan de ECB aan de daartoe aangewezen autoriteiten of centra van derde landen toegang verlenen tot de relevante gegevens van het VSV. Ook kunnen aan hen bepaalde specifieke gegevens van het VSV worden verschaft wanneer dit noodzakelijk wordt geacht door het analysecentrum voor nagemaakte bankbiljetten van de ECB.

Artikel 4

Invoer van gegevens in het Volgsysteem voor Valsemunterij door nationale analysecentra en nationale analysecentra voor munten

De invoer van gegevens over ontdekte valse eurobankbiljetten in het VSV door een nationaal analysecentrum en het opsturen van elk nieuw type eurobankbiljetten waarvan wordt vermoed dat ze vals zijn, aan het analysecentrum voor nagemaakte bankbiljetten van de ECB vindt plaats overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1338/2001 en overeenkomstig het desbetreffende procedurehandboek dat is goedgekeurd door de Raad van bestuur van de ECB met de inbreng van de Algemene Raad van de ECB. De nationale analysecentra die geen NCB zijn of die niet zijn opgezet binnen een NCB, worden geraadpleegd over het procedurehandboek. Het procedurehandboek wordt eveneens voorzover nodig aangepast voor de invoer in het VSV van gegevens betreffende munten door het Europees technisch en wetenschappelijk centrum en de nationale analysecentra voor munten.

Artikel 5

Nationale centra voor valsemunterij

1. In de lidstaten behoort het beheren van de toegang tot het VSV, zoals bedoeld in artikel 3, tot de taken van een binnen iedere NCB op te zetten nationaal centrum voor valsemunterij. Dit nationaal centrum voor valsemunterij vergemakkelijkt ook de communicatie betreffende alle met het VSV in verband staande zaken in de lidstaten. Binnen elk nationaal centrum voor valsemunterij wordt in verband met deze taken de functie van beveiligingsadministrateur ingesteld.

2. Na instemming van de ECB keurt het nationaal centrum voor valsemunterij de verschillende niveaus van toegang tot het VSV goed, zoals bedoeld in artikel 3, overeenkomstig lid 1 hierboven. Voor dit doel worden de noodzakelijke gebruikersnamen en de verschillende categorieën gebruikers en verschillende niveaus van toegang voor deze gebruikers aangemaakt en vastgesteld door de beveiligingsadministrateur van het nationaal centrum voor valsemunterij, zoals hiervoor bedoeld.

Artikel 6

Voldoen aan de normen van beveiliging van het Volgsysteem voor Valsemunterij

De minimale normen van beveiliging in verband met toegang tot het VSV, waaraan alle autoriteiten of centra (nationale analysecentra en/of nationale analysecentra voor munten) met gebruikers, alsook de gebruikers zelf moeten voldoen, worden goedgekeurd door de Raad van bestuur van de ECB met de inbreng van de Algemene Raad van de ECB. De nationale centra voor Valsemunterij worden van deze normen in kennis gesteld.

Artikel 7

Vertrouwelijkheid

1. Iedere autoriteit of ieder centrum met gebruikers van het VSV stelt deze gebruikers op de hoogte van het vertrouwelijke karakter van de gegevens van het VSV en van eventuele toegangsbeperkingen die gelden voor elk van de gebruikers van die autoriteit of dat centrum en van de andere autoriteiten of centra, indien en voor zover deze beperkingen aan deze autoriteiten of centra worden medegedeeld door de beveiligingsadministrateur van het betreffende nationaal centrum voor valsemunterij. Het betreffende nationaal centrum voor valsemunterij kan elke autoriteit of elk centrum verzoeken een geheimhoudingsverklaring te ondertekenen waarin deze verklaren kennis te hebben genomen van de inhoud van het onderhavige besluit. Iedere autoriteit of ieder centrum voert overleg met het betreffende nationaal centrum voor valsemunterij inzake enigerlei relevante kwestie in verband met de vertrouwelijkheid van de gegevens van het VSV. De nationale centra voor valsemunterij voeren overleg met het analysecentrum voor nagemaakte bankbiljetten van de ECB over het resultaat van een dergelijk verzoek of dergelijk overleg.

2. Het betreffende nationaal centrum voor valsemunterij wordt geraadpleegd over mededelingen die gegevens van het VSV bevatten en gericht zijn aan het publiek, aan kredietinstellingen en aan de fabrikanten van relevante apparatuur. Het voert ook overleg met het analysecentrum voor nagemaakte bankbiljetten van de ECB.

3. De ECB pleegt overleg met het betreffende nationaal centrum voor valsemunterij in verband met opschorting van de toegang. Zowel de ECB als het betreffende nationaal centrum voor valsemunterij kan de toegang tot het VSV van gebruikers van het VSV opschorten wanneer dat noodzakelijk is om het vertrouwelijke karakter van de gegevens van het VSV te bewaren. Het betreffende nationaal centrum voor valsemunterij pleegt overleg met de autoriteit of het centrum waartoe dergelijke gebruikers behoren, om ervoor te zorgen dat de gewenste voorwaarden voor het gebruik van het VSV weer worden nageleefd.

4. Vanwege het vertrouwelijke karakter ervan, worden de in artikel 6 genoemde minimale beveiligingsnormen, alsook het in artikel 4 genoemde procedurehandboek, na te zijn goedgekeurd door de Raad van bestuur, niet gepubliceerd.

Artikel 8

Controle

De nationale centra voor valsemunterij stellen in overleg met de betreffende autoriteiten of centra procedures vast waarmee kan worden gecontroleerd dat de betreffende autoriteiten of centra de artikelen 6 en 7 naleven, en waarmee geëigende maatregelen in verband daarmee kunnen worden vastgesteld. Deze procedures voorzien ook in deelname van de ECB aan een dergelijke controle. In overleg met de NCB's, stelt de ECB ook procedures vast om de nakoming van dit besluit door de nationale centra voor valsemunterij te controleren.

Artikel 9

Uitvoering

Ter uitvoering van dit besluit neemt de directie van de ECB de maatregelen die noodzakelijk zijn voor de efficiëntie en beveiliging van het VSV, waaronder mede begrepen maatregelen met betrekking tot het procedurehandboek of de minimale beveiligingsnormen die respectievelijk genoemd worden in artikel 4 en 6. Hierbij houdt de directie rekening met de mening van het Comité bankbiljetten. De directie stelt de Raad van bestuur in kennis van eventuele maatregelen die met toepassing van dit artikel worden genomen. Daarnaast kan de ECB in het algemeen technische verhelderingen en specificaties betreffende het gebruik of de beveiliging van het VSV verstrekken.

Artikel 10

Slotbepalingen

Dit besluit treedt in werking op 1 december 2001.

Dit besluit wordt gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Gedaan te Frankfurt am Main, 8 november 2001.

De president van de ECB

Willem F. Duisenberg

(1) PB L 181 van 4.7.2001, blz. 6.

(2) PB L 181 van 4.7.2001, blz. 11.

Top