EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52013AB0072

Advies van de Europese Centrale Bank van 10 oktober 2013 inzake een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verstrekking en kwaliteit van statistieken voor de procedure voor macro-economische onevenwichtigheden (CON/2013/72)

OJ C 14, 18.1.2014, p. 5–7 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

18.1.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 14/5


ADVIES VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 10 oktober 2013

inzake een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verstrekking en kwaliteit van statistieken voor de procedure voor macro-economische onevenwichtigheden

(CON/2013/72)

2014/C 14/06

Inleiding en rechtsgrondslag

Op 2 juli 2013 en op 12 juli 2013 ontving de Europese Centrale Bank (ECB) verzoeken van het Europees Parlement en respectievelijk de Raad om een advies inzake een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verstrekking en kwaliteit van statistieken voor de procedure voor macro-economische onevenwichtigheden (1) (hierna: „het voorstel”).

De ECB-adviesbevoegdheid stoelt op artikel 127, lid 4 en artikel 282, lid 5 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en artikel 2 en artikel 3.1 van de Statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank (de „ESCB-Statuten”), aangezien het voorstel bepalingen bevat die implicaties hebben voor bepaalde ESCB-taken en -doelstellingen. Luidens artikel 5.1 van de ESCB-Statuten kan de ECB de voor de vervulling van ESCB-taken benodigde statistische gegevens verzamelen. Artikel 5.3 van de ESCB-Statuten vergt van de ECB dat zij waar nodig bijdraagt tot de harmonisatie van de regels en werkwijzen voor het verzamelen, opmaken en verspreiden van statistieken betreffende de gebieden die onder haar bevoegdheid vallen. Statistieken voor de procedure voor macro-economische onevenwichtigheden zijn vereist voor het bepalen van monetair beleid, hetgeen een ESCB-taak is luidens artikel 127, lid 2 van het Verdrag en artikel 3.1 van de ESCB-Statuten, en zijn tevens vereist voor het handhaven van prijsstabiliteit, hetgeen luidens artikel 127, lid 1 van het Verdrag en artikel lid 2 van de ESCB-Statuten het hoofddoel van het ESCB is.

Overeenkomstig de eerste volzin van artikel 17.5 van het Reglement van orde van de Europese Centrale Bank heeft de Raad van bestuur dit advies goedgekeurd.

1.    Algemene opmerkingen

1.1.

De ECB benadrukt het belang van gewaarborgde betrouwbare statistische gegevens voor de procedure voor macro-economische onevenwichtigheden (MIP) welke is ingevoerd bij Verordening (EU) nr. 1176/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 betreffende handhavingsmaatregelen voor de correctie van buitensporige macro-economische onevenwichtigheden (2). In een van haar eerdere adviezen (3) heeft de ECB de invoering van Verordening (EU) nr. 1176/2011 ondersteund.

1.2.

Luidens artikel 4, lid 2 van Verordening (EU) nr. 1176/2011 bevat het scorebord een klein aantal relevante, praktische, eenvoudige, meetbare en beschikbare macro-economische en macrofinanciële indicatoren voor lidstaten. Bovendien beoordeelt de Commissie overeenkomstig artikel 4, lid 7 regelmatig de geschiktheid van de indicatoren, met inbegrip van de samenstelling ervan, de vastgestelde drempelwaarden en de aangewende methodologie, en stelt deze indien nodig bij of wijzigt deze.

1.3.

Binnen deze context heeft de Commissie een wetgevend initiatief geïnitieerd om de statistische kwaliteit van de MIP te waarborgen. Het ontwerp beoogt te verzekeren dat de samenstelling, monitoring en de vrijgave van macro-economische en financiële statistieken, die van belang zijn voor de MIP-scoreboardindicatoren die de Commissie heeft vastgesteld op basis van artikel 4 van Verordening (EU) nr. 1176/2011 (hierna „voor MIP relevante gegevens”), zodanig geschiedt dat deugdelijke en onafhankelijke cijfers resulteren. Het voorstel bepaalt dat de Commissie missies mag uitvoeren om problemen te onderzoeken en stelt voor dat de Raad boetes oplegt aan lidstaten die bewust of door ernstige nalatigheid voor MIP relevante gegevens niet correct weergeven.

2.    Samenstelling van macro-economische en financiële statistieken ter ondersteuning van het beleid van de Economische en Monetaire Unie en andere Uniebeleidslijnen

2.1.

De MIP-scoreboardindicatoren worden normaal gesproken afgeleid uit beschikbare macro-economische en financiële statistieken, zoals betalingsbalansstatistieken, financiële statistieken en statistieken inzake nationale rekeningen. Het Europees statistisch systeem (ESS) en het Europees Stelsel van centrale banken (ESCB) (4) hebben deze macro-economische en financiële statistieken vele jaren binnen hun respectieve bevoegdheid geproduceerd en passen steeds statistische kwaliteitsgarantiemechanismen toe om te verzekeren dat deze statistieken stroken met internationale statistische standaards en tussen de lidstaten betrouwbaar en vergelijkbaar zijn.

2.2.

Door een evenwicht tussen tijdigheid, betrouwbaarheid en de gedetailleerdheid produceren het ESS en het ESCB efficiënt passende macro-economische en financiële statistieken. Hoogfrequente statistieken hebben een minder gedetailleerde samenstelling om de tijdigheid te verzekeren, terwijl gedetailleerdere statistieken langere tussenpozen vergen. Naast statistische technieken en het oordeel van deskundigen zijn deze statistieken afhankelijk van onderzoeken, administratieve gegevens en noodzakelijke ramingen. Het hele proces houdt tevens rekening met de noodzakelijke beperking van de rapportagelast voor respondenten zoals kleine en middelgrote ondernemingen.

De macro-economische en financiële statistieken vormden vele jaren de basis voor economische en monetaire besluiten op nationaal en Europees niveau. Internationale organisaties zoals het Internationaal Monetair Fonds en de Organisatie voor economische samenwerking en ontwikkeling gebruiken dezelfde statistieken in hun toezichtverslagen.

3.    ESS- en ESCB-kwaliteitsgarantie van de aan de MIP ten grondslag liggende statistieken

3.1.

Als producenten van Europese statistieken verzekeren het ESS en het ESCB de kwaliteit van macro-economische en financiële statistieken. De ECB is van mening dat door deze kwaliteitsgarantieregelingen globaal hogekwaliteitsstatistieken werden geproduceerd ter ondersteuning van het economische en monetaire beleid ten behoeve van de Economische en Monetaire Unie en de Unie als geheel.

3.2.

Voor betalingsbalansstatistieken, statistieken betreffende financiële rekeningen, statistieken van de nationale rekeningen, statistieken betreffende overheidsfinanciën en prijsstatistieken stipuleert de vigerende Uniewetgeving al regelmatige kwaliteitsverslagen betreffende statistische gegevens die veelal deel uitmaken van bestandsopnamen met een beschrijving van de bij de verzameling van de statistieken toegepaste bronnen en methodes.

3.3.

De door het ESS en ESCB geproduceerde kwaliteitsrapporten beoordelen onder meer of de geproduceerde statistieken stroken met de in Unierecht vastgelegde vereisten, of zij tussen de lidstaten betrouwbaar en vergelijkbaar zijn, en of zij geschikt zijn voor de bijbehorende doeleinden.

3.4.

Het door het voorstel voorgestelde kwaliteitskader doelt op statistische gegevens voor de MIP, terwijl andere economische en monetaire beleidsdoeleinden verwaarloosd worden. Het lijkt er aldus op dat de verordening parallelle kwaliteitsbeoordelingen invoert en de statistische gegevens voor de MIP niet in bestaande kwaliteitskaders integreert.

3.5.

Derhalve beveelt de ECB aan de reeds bestaande kwaliteitsgarantieregelingen van het ESS en het ESCB ook op de statistische gegevens voor de MIP toe te passen en middels het voorstel geen nieuw kwaliteitsgarantiekader in te voeren. De in Verordening (EG) nr. 223/2009 en Verordening (EG) nr. 2533/98 vastgelegde beginselen van gegevensrelevantie, kostenefficiëntie en minimalisering van de rapportagelast ondersteunen deze methode.

4.    Versterking van kwaliteitsgarantie voor statistieken middels nauwere samenwerking tussen het ESS en het ESCB

4.1.

Aangezien het ESS en het ESCB de productieverantwoordelijkheden voor de de aan de MIP-indicatoren ten grondslag liggende macro-economische en financiële statistieken delen, is nauwe samenwerking tussen de twee stelsels noodzakelijk voor de kwaliteitsgarantie, zoals artikel 9 van Verordening (EG) nr. 223/2009 en artikel 2bis van Veordening (EG) nr. 2533/98 van de Raad vereisen, en zoals de Raad in haar conclusies inzake EU-statistieken van 30 november 2011 en 13 november 2012 benadrukt (5).

4.2.

Gezien het bovenstaande refereert de ECB aan het door het Comité monetaire, financiële en betalingsbalansstatistieken (CMFB) geïnitieerde werk, teneinde onder het vigerende statistische kader de kwaliteit en vergelijkbaarheid van de voor de MIP relevante gegevens te beoordelen. Het CMFB kan ook adviseren over mogelijkheden ter ontwikkeling van de publieke opinie inzake dergelijke aangelegenheden. Met de nodige vooruitgang in het CMFB-werk kunnen praktische regelingen voor de samenwerking tussen het ESS en het ESCB inzake kwaliteitsgarantiekaders voor statistische gegevens voor de MIP in een memorandum van overeenstemming vastgelegd worden, indien zulks passend geacht wordt.

Gedaan te Frankfurt am Main, 10 oktober 2013.

De president van de ECB

Mario DRAGHI


(1)  COM(2013) 342 definitief.

(2)  PB L 306 van 23.11.2011, blz. 25.

(3)  ECB-Advies CON/2011/13 van 16 februari 2011 inzake hervorming van de economische governance in de Europese Unie (PB C 150 van 20.5.2011, blz. 1). Alle ECB-adviezen worden gepubliceerd op de ECB-website: http://www.ecb.europa.eu

(4)  Zie Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 betreffende de Europese statistiek (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 164) en Verordening (EG) nr. 2533/98 van de Raad van 23 november 1998 met betrekking tot het verzamelen van statistische informatie door de Europese Centrale Bank (PB L 318 van 27.11.1998, blz. 8).

(5)  Raadsconclusies inzake EU-statistieken, 3129-ste vergadering van de Raad Economische en Financiële Zaken, Brussel 30 november 2011 en Raadsconclusies inzake EU-statistieken, 3198-ste vergadering van de Raad Economische en Financiële Zaken, Brussel, 13 november 2012, beschikbaar op de website van de Raad op http://www.consilium.europa.eu


Top