EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52003AB0012

Advies van de Europese Centrale Bank van 8 juli 2003 op verzoek van de Raad van de Europese Unie inzake een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende financiële kwartaalrekeningen voor de overheid (COM(2003) 242 definitief) (CON/2003/12)

OJ C 165, 16.7.2003, p. 6–7 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

52003AB0012

Advies van de Europese Centrale Bank van 8 juli 2003 op verzoek van de Raad van de Europese Unie inzake een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende financiële kwartaalrekeningen voor de overheid (COM(2003) 242 definitief) (CON/2003/12)

Publicatieblad Nr. C 165 van 16/07/2003 blz. 0006 - 0007


Advies van de Europese Centrale Bank

van 8 juli 2003

op verzoek van de Raad van de Europese Unie inzake een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende financiële kwartaalrekeningen voor de overheid (COM(2003) 242 definitief)

(CON/2003/12)

(2003/C 165/04)

1. Op 21 mei 2003 ontving de Europese Centrale Bank (ECB) een verzoek van de Raad van de Europese Unie voor een advies inzake een ontwerp-verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende financiële kwartaalrekeningen voor de overheid (hierna de "ontwerpverordening" genoemd).

2. De bevoegdheid van de ECB om een advies uit te brengen is gebaseerd op artikel 105, lid 4, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap. Overeenkomstig de eerste volzin van artikel 17.5 van het Reglement van orde van de ECB is dit advies door de Raad van bestuur van de ECB goedgekeurd.

3. De ontwerp-verordening heeft ten doel de belangrijkste kenmerken van het Europees Stelsel van Rekeningen (ESR) 1995(1) te definiëren zoals toegepast op categorieën financiële transacties en vorderingen en schulden voor de sector overheid en alle subsectoren van de overheid. Vanaf 2005 dient een volledige reeks financiële kwartaalrekeningen voor de overheid beschikbaar te zijn.

4. De ECB verwelkomt de ontwerp-verordening, die is opgesteld door een gezamenlijke task force van de Commissie en de ECB. De verordening maakt deel uit van het op verzoek van de Raad Economie/Financiën door de Europese Commissie (Eurostat) in nauwe samenwerking met de ECB opgestelde actieplan betreffende de statistische vereisten van de Economische en Monetaire Unie (EMU) (hierna het "EMU-actieplan" genoemd). Het EMU-actieplan is een antwoord op het door de Raad Economie/Financiën op 18 januari 1999 goedgekeurde verslag van het Monetair Comité over de informatiebehoefte in de EMU en op het tweede door het Economisch en Financieel Comité opgestelde en door de Raad Economie/Financiën op 5 juni 2000 goedgekeurde voortgangsverslag over de informatiebehoefte in de EMU. Het vijfde, op 18 februari 2003 door de Raad Economie/Financiën goedgekeurde voortgangsverslag stelt dat de goedkeuring van een verordening betreffende financiële kwartaalrekeningen voor de overheid grote vertraging heeft opgelopen en dat snelle voortgang nodig is.

5. Het verstrekken van kwartaalgegevens inzake financiële transacties, vorderingen en schulden voor de sector overheid en alle subsectoren van de overheid versterkt de kortetermijn macroanalyse in het kader van ESR 95-rekeningen.

6. Door de gegevens van deze financiële kwartaalrekeningen te koppelen aan gegevens van niet-financiële kwartaalrekeningen voor de overheid die vallen onder Verordening (EG) nr. 264/2000 van de Commissie van 3 februari 2000 inzake de uitvoering van het ESR 95 met betrekking tot kortetermijnstatistieken van de overheidsfinanciën(2) en onder Verordening (EG) nr. 1221/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 10 juni 2002 met betrekking tot niet-financiële kwartaalrekeningen van de overheid(3) is het mogelijk een volledige reeks rekeningen van de overheid samen te stellen. Deze geïntegreerde rekeningen van de sector overheid zullen de gedetailleerde evaluatie op kwartaalbasis van door het fiscale beleid gegeven impulsen, van specifieke elementen van de doorwerking van het monetaire beleid van de ECB ten aanzien van de overheid en van hiermee verband houdende effecten op inkomen en vermogen vergemakkelijken.

7. De ontwerp-verordening breidt ook de bestaande deelreeks van door de ECB samengestelde financiële kwartaalrekeningen van de Monetaire Unie (MUFA) uit. De integratie van kwartaalgegevens betreffende financiële transacties, vorderingen en schulden voor de sector overheid en alle subsectoren van de overheid in deze deelreeks van financiële kwartaalrekeningen van de Monetaire Unie is een belangrijke stap naar een alomvattend systeem van financiële kwartaalrekeningen van de Monetaire Unie voor monetaire beleidsdoeleinden.

8. In dit kader verwelkomt de ECB ook dat artikel 5, lid 3, van de ontwerp-verordening een indeling van de gegevens naar partnersector vereist. Die informatie wordt essentieel geacht voor het samenstellen van geconsolideerde aggregaten van het eurogebied en bij het maken van een grondigere analyse van het monetair beleid.

9. De ECB waardeert ook het feit dat in de ontwerp-verordening een gedetailleerde reeks financiële kwartaalgegevens betreffende het financiële vermogen van de overheid is opgenomen. Met het oog op de specifieke moeilijkheden bij het samenstellen van gegevens betreffende niet-beursgenoteerde aandelen en overige deelnemingen wordt voor deze gegevens een uitzondering gemaakt. In dit geval worden hetzij door middel van interpolatie (bij het beschikbaar zijn van jaargegevens) of door extrapolatie (wanneer gegevens niet tijdig beschikbaar zijn) verkregen schattingen van kwartaalgegevens aanvaardbaar geacht.

10. De ECB verleent haar nadrukkelijke steun aan het tijdschema voor het indienen van kwartaalgegevens, zoals voorzien in de ontwerp-verordening. De ECB doet ook een beroep op de lidstaten om geen uitzonderingsbepalingen op te nemen en kwartaalgegevens conform ESR 95-concepten te verstrekken, in het bijzonder voor de samenstelling van aggregaten van het eurogebied.

11. Dit advies wordt gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Frankfurt am Main, 8 juli 2003.

De President van de ECB

Willem F. Duisenberg

(1) Opgenomen in bijlage A bij Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad van 25 juni 1996 inzake het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Gemeenschap, PB L 310 van 30.11.1996, blz. 1 (hierna "ESR 95"). De verordening is laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1889/2002 (PB L 286 van 24.10.2002, blz. 11).

(2) PB L 29 van 4.2.2000, blz. 4.

(3) PB L 179 van 9.7.2002, blz. 1.

Top