EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32010D0034

2011/23/EU: Besluit van de Europese Centrale Bank van 31 december 2010 inzake de storting van kapitaal, de overdracht van externe reserves en de bijdrage aan de reserves en voorzieningen van de Europese Centrale Bank door Eesti Pank (ECB/2010/34)

OJ L 11, 15.1.2011, p. 58–61 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
Special edition in Croatian: Chapter 01 Volume 005 P. 287 - 290

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2011/23(1)/oj

15.1.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 11/58


BESLUIT VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 31 december 2010

inzake de storting van kapitaal, de overdracht van externe reserves en de bijdrage aan de reserves en voorzieningen van de Europese Centrale Bank door Eesti Pank

(ECB/2010/34)

(2011/23/EU)

DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank (hierna de „ESCB-statuten”), inzonderheid artikel 30.1, artikel 30.3, artikel 48.1 en 48.2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Ingevolge artikel 1 van Besluit 2010/416/EU van de Raad van 13 juli 2010, overeenkomstig artikel 140, lid 2 van het Verdrag betreffende de aanneming van de euro door Estland op 1 januari 2011 (1), voldoet Estland aan de noodzakelijke voorwaarden voor de aanneming van de euro en zal de ingevolge artikel 4 van het Toetredingsverdrag van 2003 (2) aan Estland verleende derogatie met ingang van 1 januari 2011 worden ingetrokken.

(2)

Artikel 48.1 van de ESCB-statuten bepaalt dat de nationale centrale bank (NCB) van een lidstaat waarvan de derogatie is ingetrokken, haar aandeel in het kapitaal van de Europese Centrale Bank (ECB) stort ten belope van hetzelfde percentage als de NCB’s van andere lidstaten die de euro als munt hebben. Ingevolge artikel 2 van Besluit ECB/2008/23 van 12 december 2008 inzake het procentuele aandeel van de nationale centrale banken in de verdeelsleutel voor de inschrijving op het kapitaal van de Europese Centrale Bank (3), is de weging van Eesti Pank in de kapitaalverdeelsleutel van de ECB 0,1790 %. Ingevolge artikel 1 van Besluit ECB/2010/28 van 13 december 2010 betreffende de volstorting van het kapitaal van de Europese Centrale Bank door de nationale centrale banken van buiten het eurogebied (4), heeft Eesti Pank al een deel van haar inschrijving op het kapitaal van de ECB gestort.

(3)

Ingevolge artikel 1 van Besluit ECB/2010/26 van 13 december 2010 betreffende de verhoging van het kapitaal van de Europese Centrale Bank (5), is het kapitaal van ECB met ingang van 29 december 2010 met 5 000 miljoen EUR verhoogd van 5 760 652 402,58 EUR tot 10 760 652 402,58 EUR. Ingevolge artikel 1 van Besluit ECB/2010/27 van 13 december 2010 inzake de storting van de verhoging van het kapitaal van de Europese Centrale Bank door de nationale centrale banken van de lidstaten die de euro als munt hebben (6), dient het verhoogde kapitaal in drie gelijke jaarlijkse termijnen te worden gestort.

(4)

Dienovereenkomstig dient Eesti Pank het resterende deel van haar aandeel in het geplaatste kapitaal van de ECB dat 18 539 259,01 EUR bedraagt als volgt te storten: op 3 januari 2011 een bedrag van 9 589 259,01 EUR, zijnde de vermenigvuldiging van het op 28 december 2010 geplaatste kapitaal van de ECB (5 760 652 402,58 EUR) met de weging in de kapitaalverdeelsleutel van Eesti Pank (0,1790 %), min haar reeds gestorte aandeel in het geplaatste kapitaal van de ECB dat overeenkomstig Besluit ECB/2010/27 reeds is volgestort en een aanvullend bedrag van 8 950 000,00 EUR, zijnde de vermenigvuldiging van de verhoging van het geplaatste kapitaal van de ECB (5 000 000 000 EUR) met de weging in de kapitaalverdeelsleutel van Eesti Pank. Eesti Pank dient het voornoemde bedrag in drie gelijke termijnen te betalen. De eerste termijn dient te worden betaald met het bedrag van 9 589 259,01 EUR en de overige twee termijnen van elk 2 983 333,33 EUR twee werkdagen voor de laatste openingsdag van TARGET2 in 2011 en 2012.

(5)

Artikel 48.1, in samenhang met artikel 30.1 van de ESCB-statuten, bepaalt dat de NCB van een lidstaat waarvan de derogatie is ingetrokken ook externe reserves aan de ECB moet overdragen. Ingevolge artikel 48.1 van de ESCB-statuten wordt het over te dragen bedrag bepaald door de Euro-waarde tegen lopende wisselkoersen van de reeds overeenkomstig artikel 30.1 van de ESCB-statuten aan de ECB overgedragen externe reserves te vermenigvuldigen met de ratio tussen het aantal aandelen waarop de betrokken NCB heeft ingeschreven en het aantal aandelen dat de NCB’s van de andere lidstaten die de euro als munt hebben al hebben volgestort. Bij de vaststelling van de „reeds overeenkomstig artikel 30.1 aan de ECB overgedragen externe reserves” dient gepast rekening te worden gehouden met de vorige aanpassingen van de kapitaalverdeelsleutel (7) ingevolge artikel 29.3 van de ESCB-statuten en de uitbreidingen van de kapitaalverdeelsleutel ingevolge artikel 48.3 van de ESCB-statuten (8). Ingevolge Besluit ECB/2008/27 van 12 december 2008 betreffende de maatregelen die nodig zijn voor de bijdrage aan het geaccumuleerde eigen vermogen van de Europese Centrale Bank en voor de aanpassing van de vorderingen van de nationale centrale banken ter grootte van de overgedragen externe reserves (9), bedraagt dientengevolge de waarde van externe reserves in euro die al aan de ECB zijn overgedragen krachtens artikel 30.1 van de ESCB-statuten 145 853 596,60 EUR.

(6)

Eesti Pank draagt de externe reserves over in Japanse yen en goud of deze luiden in Japanse yen en goud.

(7)

Artikel 30.3 van de ESCB-statuten bepaalt dat de ECB aan elke NCB van een lidstaat die de euro als munt heeft, een vordering toekent ter grootte van de externe reserves die zij aan de ECB heeft overgedragen. De bepalingen betreffende de denominatie en rentevergoeding van de vorderingen die al gecrediteerd werden aan de NCB’s van de lidstaten die de euro als munt hebben (10), dienen ook te gelden voor de denominatie en rentevergoeding van de vorderingen van Eesti Pank.

(8)

Artikel 48.2 van de ESCB-statuten bepaalt dat de NCB van een lidstaat wiens derogatie is ingetrokken, bijdraagt tot de reserves van de ECB, tot de voorzieningen die met reserves zijn gelijkgesteld en tot het bedrag dat nog moet worden toegerekend aan de reserves en voorzieningen overeenkomstig het saldo van de winst-en-verliesrekening per 31 december van het jaar voorafgaand aan de intrekking van de derogatie. De hoogte van deze bijdrage wordt bepaald in overeenstemming met artikel 48.2 van de ESCB-statuten.

(9)

Analoog met artikel 3.5 van het reglement van orde van de Europese Centrale Bank (11) had de president van Eesti Pank de kans opmerkingen te maken bij dit besluit voor de aanneming ervan,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Definities

In dit besluit wordt bedoeld met:

a)   „externe reserves”: goud of liquiditeiten;

b)   „goud”: troy ounces fijn goud in de vorm van London Good Delivery bars, zoals gespecificeerd door de London Bullion Market Association;

c)   „liquiditeiten”: het wettig betaalmiddel van Japan (Japanse yen).

Artikel 2

Mate en vorm van het gestorte kapitaal

1.   Eesti Pank stort het resterende deel van haar aandeel in het geplaatste kapitaal van de ECB dat 18 539 259,01 EUR bedraagt.

2.   Eesti Pank betaalt de ECB op 3 januari 2011 een eerste termijn van 12 572 592,35 EUR middels een aparte overboeking via het geautomatiseerde trans-Europees „real-time” bruto-vereveningssysteem (TARGET2). Twee werkdagen voor de laatste openingsdag van TARGET2 in 2011 en 2012 betaalt Eesti Pank twee verdere termijnen van 2 983 333,33 EUR elk.

3.   Eesti Pank betaalt de ECB op 3 januari 2011 middels een aparte TARGET2-overboeking, de lopende interest op 1 en 2 januari 2011 over het ingevolge de eerste zin van lid 2 aan de ECB verschuldigde bedrag. Deze interest wordt dagelijks berekend middels de werkelijk aantal dagen/360-dagtellingsconventie tegen een percentage dat gelijk is aan de marginale rentevoet die het Eurosysteem voor zijn meest recente basisherfinancieringstransactie hanteerde.

Artikel 3

Overdracht van externe reserves

1.   Met ingang van 1 januari 2011, zulks overeenkomstig dit artikel en de regelingen die op grond van dit artikel zijn getroffen, draagt Eesti Pank aan de ECB een bedrag aan externe reserves over luidende in Japanse yen en goud ten belope van 145 853 596,60 EUR, en wel als volgt:

Bedrag Japanse yen in contanten in euro

Bedrag aan goud in euro

Totaalbedrag in euro

123 975 557,11

21 878 039,49

145 853 596,60

2.   Het in euro uitgedrukte bedrag aan externe reserves dat ingevolge lid 1 door Eesti Pank overgedragen moet worden, wordt berekend op basis van de wisselkoersen tussen de euro en de Japanse yen, zoals vastgelegd in de dagelijkse schriftelijke overlegprocedure op 31 december 2010 tussen het Eurosysteem en Eesti Pank en, in het geval van goud, op basis van de prijs in US dollar per troy ounce fijn goud, vastgesteld bij de London gold fixing op 31 december 2010, 10.30 uur Londense tijd.

3.   De ECB bevestigt het overeenkomstig lid 2 berekende bedrag zo snel mogelijk aan Eesti Pank.

4.   Eesti Pank draagt aan de ECB Japanse yen in contanten over.

5.   De overdracht van liquiditeiten geschiedt naar de door de ECB vastgelegde rekeningen. De afwikkelingsdatum voor de aan de ECB over te dragen liquiditeiten is 4 januari 2011. Eesti Pank geeft opdracht tot uitvoering van die overdracht aan de ECB.

6.   De waarde van het goud dat Eesti Pank overeenkomstig lid 1 aan de ECB overdraagt, sluit zo dicht mogelijk aan bij 21 878 039,49 EUR, zonder dit bedrag te boven te gaan.

7.   Eesti Pank boekt het in lid 1 genoemde goud in niet-geïnvesteerde vorm over naar de bankrekeningen en de plaatsen die de ECB bepaalt. De afwikkelingsdatum voor het aan de ECB over te dragen goud is 6 januari 2011. Eesti Pank geeft opdracht tot uitvoering van die overdracht aan de ECB.

8.   Als Eesti Pank goud aan de ECB overdraagt met een lagere waarde dan in lid 1 bedoeld, maakt zij op 6 januari 2011 een bedrag, ten belope van het verschil, in Japanse yen over naar een door de ECB te bepalen bankrekening van de ECB. Een dergelijk bedrag in contanten in Japanse yen maakt geen deel uit van de in Japanse yen luidende externe reserves die Eesti Pank aan de ECB overdraagt, zulks overeenkomstig de linkerkolom van de tabel in lid 1.

9.   Een eventueel verschil tussen het totaalbedrag in euro vermeld in lid 1 en het bedrag vermeld in artikel 4, lid 1 wordt verevend overeenkomstig de Overeenkomst van 31 december 2010 tussen Eesti Pank en de Europese Centrale Bank betreffende de vordering toegekend aan Eesti Pank door de Europese Centrale Bank krachtens artikel 30.3 van de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank (12).

Artikel 4

Denominatie, rentevergoeding en vervaldatum van vorderingen ter grootte van de bijdragen

1.   Met ingang van 1 januari 2011 en met inachtneming van de specificaties in artikel 3 betreffende de afwikkelingsdata van de overdracht van externe reserves, crediteert de ECB Eesti Pank met een in euro luidende vordering gelijk aan het totaalbedrag in euro van haar bijdrage aan externe reserves. Deze vordering bedraagt 103 115 678,01 EUR.

2.   Op de vordering waarmee de ECB Eesti Pank crediteert, wordt rente vergoed vanaf de afwikkelingsdatum. De lopende interest wordt dagelijks berekend middels de werkelijk aantal dagen/360-dagtellingsconventie tegen een percentage dat gelijk is aan 85 % van de marginale rentevoet die het Eurosysteem voor diens meest recente basisherfinancieringstransactie heeft gehanteerd.

3.   De rentevergoeding op de vorderingen vindt aan het einde van ieder boekjaar plaats. De ECB stelt Eesti Pank elk kwartaal in kennis van het cumulatieve bedrag.

4.   De vordering is niet aflosbaar.

Artikel 5

Bijdragen aan de reserves en de voorzieningen van de ECB

1.   Met ingang van 1 januari 2011 en overeenkomstig artikel 3, lid 5 en lid 6, draagt Eesti Pank bij tot de reserves van de ECB, tot de voorzieningen die met reserves zijn gelijkgesteld, en tot het bedrag dat nog moet worden toegerekend aan de reserves en voorzieningen overeenkomstig het saldo van de winst-en-verliesrekening per 31 december 2010.

2.   De bedragen die Eesti Pank moet bijdragen, worden overeenkomstig artikel 48.2 van de ESCB-statuten bepaald. De verwijzingen in artikel 48.2 naar „het aantal aandelen waarop de betrokken centrale bank heeft ingeschreven” en „het aantal aandelen dat de andere centrale banken al hebben volgestort” verwijzen naar de weging van Eesti Pank, respectievelijk de NCB’s van de overige lidstaten die de euro als munt hebben, in de kapitaalverdeelsleutel van de ECB, krachtens Besluit ECB/2008/23.

3.   Voor de toepassing van lid 1 omvatten de „reserves van de ECB” en de „voorzieningen die met reserves zijn gelijkgesteld”, het algemeen reservefonds van de ECB, tegoeden op herwaarderingsrekeningen en voorzieningen voor wisselkoers-, rente-, krediet-, marktprijs en goudprijsrisico’s.

4.   Ten laatste op de eerste werkdag na de goedkeuring door de Raad van bestuur van de jaarrekening van de ECB voor 2010, berekent de ECB het bedrag dat door Eesti Pank krachtens lid 1 moet worden bijgedragen en bevestigt dit aan Eesti Pank.

5.   Op de tweede werkdag na de goedkeuring door de Raad van bestuur van de jaarrekening van de ECB voor 2010 betaalt Eesti Pank via TARGET2 aan de ECB:

a)

het aan de ECB krachtens lid 4 verschuldigde bedrag, en

b)

de lopende rente over de periode van 1 januari 2011 tot de betaaldatum op het aan de ECB krachtens lid 4 verschuldigde bedrag.

6.   Eventuele lopende interest ingevolge lid 5, onder b) wordt dagelijks berekend middels de werkelijk aantal dagen/360-dagtellingsconventie tegen een percentage dat gelijk is aan de marginale rentevoet die het Eurosysteem voor diens meest recente basisherfinancieringstransactie hanteerde.

Artikel 6

Bevoegdheden

1.   Voor zover nodig geeft de ECB-directie instructies aan Eesti Pank voor de verdere specificatie en de toepassing van de bepalingen van dit besluit en om passende oplossingen voor eventuele problemen aan te reiken.

2.   Eventuele door de directie krachtens lid 1 uitgevaardigde instructies worden onmiddellijk meegedeeld aan de Raad van bestuur en de ECB-directie leeft de besluiten van de Raad van bestuur dienaangaande na.

Artikel 7

Slotbepaling

Dit besluit treedt op 1 januari 2011 in werking.

Gedaan te Frankfurt am Main, 31 december 2010.

De president van de ECB

Jean-Claude TRICHET


(1)  PB L 196 van 28.7.2010, blz. 24.

(2)  Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek en de aanpassing van de Verdragen waarop de Europese Unie is gegrond (PB L 236 van 23.9.2003, blz. 33).

(3)  PB L 21 van 24.1.2009, blz. 66.

(4)  Zie bladzijde 56 van dit Publicatieblad.

(5)  Zie bladzijde 53 van dit Publicatieblad.

(6)  Zie bladzijde 54 van dit Publicatieblad.

(7)  Besluit ECB/2003/17 van 18 december 2003 inzake het procentuele aandeel van de nationale centrale banken in de verdeelsleutel voor de inschrijving op het kapitaal van de Europese Centrale Bank (PB L 9 van 15.1.2004, blz. 27) en Besluit ECB/2008/23 van 12 december 2008 inzake het procentuele aandeel van de nationale centrale banken in de verdeelsleutel voor de inschrijving op het kapitaal van de Europese Centrale Bank (PB L 21 van 24.1.2009, blz. 66).

(8)  Besluit ECB/2004/5 van 22 april 2004 inzake het procentuele aandeel van de nationale centrale banken in de verdeelsleutel voor de inschrijving op het kapitaal van de Europese Centrale Bank (PB L 205 van 9.6.2004, blz. 5) en Besluit ECB/2006/21 van 15 december 2006 inzake het procentuele aandeel van de nationale centrale banken in de verdeelsleutel voor de inschrijving op het kapitaal van de Europese Centrale Bank (PB L 24 van 31.1.2007, blz. 1).

(9)  PB L 21 van 24.1.2009, blz. 77.

(10)  Ingevolge Richtsnoer ECB/2000/15 van 3 november 1998, gewijzigd bij het Richtsnoer van 16 november 2000 inzake de samenstelling, waardering en modaliteiten betreffende de eerste overdracht van externe reserves, alsmede de denominatie en rentevergoeding van vorderingen ter grootte van de eigen bijdrage (PB L 336 van 30.12.2000, blz. 114).

(11)  Besluit ECB/2004/2 van 19 februari 2004 houdende goedkeuring van het reglement van orde van de Europese Centrale Bank, (PB L 80 van 18.3.2004, blz. 33).

(12)  Nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad.


Top