EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52006AB0036

Advies van de Europese Centrale Bank van 6 juli 2006 op verzoek van de Raad van de Europese Unie inzake een voorstel voor een Verordening van de Raad houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 over de invoering van de euro en inzake een voorstel voor een Verordening van de Raad houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2866/98 over de omrekeningskoersen tussen de euro en de munteenheden van de lidstaten die de euro aannemen (CON/2006/36)

OJ C 163, 14.7.2006, p. 10–11 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

14.7.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 163/10


ADVIES VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 6 juli 2006

op verzoek van de Raad van de Europese Unie inzake een voorstel voor een Verordening van de Raad houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 over de invoering van de euro en inzake een voorstel voor een Verordening van de Raad houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2866/98 over de omrekeningskoersen tussen de euro en de munteenheden van de lidstaten die de euro aannemen

(CON/2006/36)

(2006/C 163/07)

Inleiding en juridische basis

Op 4 juli 2006 ontving de Europese Centrale Bank (ECB) een verzoek van de Raad van de Europese Unie om een advies inzake een voorstel voor een Verordening van de Raad houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 over de invoering van de euro (hierna de „ontwerpverordening I”) en inzake een voorstel voor een Verordening van de Raad houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2866/98 over de omrekeningskoersen tussen de euro en de munteenheden van de lidstaten die de euro aannemen (hierna de „ontwerpverordening II”).

De bevoegdheid van de ECB om een advies uit te brengen is gebaseerd op artikel 123, lid 5 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, welke de grondslag vormt voor de twee ontwerpverordeningen. Overeenkomstig de eerste volzin van artikel 17.5 van het Reglement van orde van de Europese Centrale Bank heeft de Raad van bestuur dit advies goedgekeurd.

1.   Doel van de ontwerpverordeningen

1.1

De ontwerpverordeningen zullen de invoering van de euro als de munteenheid van Slovenië mogelijk maken, volgende op de intrekking van de derogatie van Slovenië overeenkomstig de in artikel 122, lid 2 van het Verdrag vastgelegde procedure.

2.   Specifieke opmerkingen

2.1

Met betrekking tot de ontwerpverordening I, beveelt de ECB aan dat het tweede lid van artikel 2 niet expliciet verwijst naar de Protocollen 25 en 26 noch naar artikel 122, lid 1 van het Verdrag, maar in plaats daarvan in het algemeen verwijst naar het Verdrag, zulks overeenkomstig Bijlage V, A, 4, onder a) (ii) van het Besluit (EG, Euratom) nr. 2004/338 van de Raad van 22 maart 2004 houdende de vaststelling van zijn reglement van orde (1) (zie de bijlage bij dit advies). Ten deze zij opgemerkt dat Verordening (EG) nr. 2596/2000 van de Raad van 27 november 2000 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 over de invoering van de euro (2), die ter gelegenheid van de invoering van de euro in Griekenland werd vastgesteld, niet verwees naar de voornoemde Protocollen noch naar artikel 122, lid 1 van het Verdrag, zulks overeenkomstig Bijlage II, paragraaf A.4(a) (ii) van het Besluit (EG, EGKS, Euratom) nr. 2000/396 van de Raad van 5 juni 2000 houdende de vaststelling van zijn reglement van orde (3).

2.2

De ECB verwelkomt de ontwerpverordening II die de omrekeningskoers tussen de euro en de Sloveense tolar onherroepelijk zou vaststellen gelijk aan de spilkoers van de Sloveense tolar in het wisselkoersmechanisme II (ERM II), i.e. op EUR 1 = SIT 239,640. De ECB heeft er geen bezwaar tegen dat de ontwerpverordening II enkele maanden voorafgaande aan de invoering van de euro in Slovenië wordt vastgesteld. Als een bepaling van een communautaire rechtshandeling met algemene toepassing (i.e. verbindend in al haar onderdelen en rechtstreeks toepasselijk in alle lidstaten), is de omrekeningskoers tussen de euro en de Sloveense tolar met ingang van 1 januari 2007 in alle rechtshandelingen van toepassing die verwijzen naar de munteenheid van Slovenië, zoals gold voor de omrekeningskoersen tussen de euro en de munteenheden van andere deelnemende lidstaten toen zij de euro aannamen.

3.   Formuleringsvoorstellen

In aanvulling op het voorafgaande advies, zijn in de bijlage formuleringsvoorstellen opgenomen.

Gedaan te Frankfurt am Main, 6 juli 2006.

De President van de ECB

Jean-Claude TRICHET


(1)  PB L 106 van 15.4.2004, blz. 22. Besluit, laatstelijk gewijzigd bij Besluit ECB/2006/34 EG, Euratom (PB L 22 van 26.1.2006, blz. 32).

(2)  PB L 300 van 29.11.2000, blz. 2.

(3)  PB L 149 van 23.6.2000, blz. 21. Besluit, vervangen door Besluit 2002/682/EG (PB L 230 van 28.8.2002, blz. 7).


BIJLAGE

Formuleringsvoorstel (ontwerpverordening I)

Door de Commissie voorgestelde tekst (1)

Door de ECB voorgestelde wijzigingen (2)

Wijziging 1

Tweede lid van artikel 2

Deze Verordening is verbindend in al haar onderdelen en rechtstreeks toepasselijk in alle lidstaten overeenkomstig het Verdrag, behoudens de Protocollen 25 en 26 en artikel 122, lid 1.

Deze Verordening is verbindend in al haar onderdelen en rechtstreeks toepasselijk in alle lidstaten overeenkomstig het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap.


(1)  Cursief gedrukte tekst betreft tekst die de ECB voorstelt te schrappen.

(2)  Vetgedrukte tekst betreft door de ECB voorgestelde toe te voegen tekst.


Top